Kwaliteit en eigen signatuur borgen met BIM
Quadrant4 legt de kwaliteitslat hoog. Alle projecten die wij opleveren moeten aan de door ons opgestelde standaarden voldoen. Dat verdienen onze klanten en samenwerkingspartners. Maar hoe veranker je zowel die kwaliteitsstandaard als de eigen creatieve en technische signatuur van Quadrant4 in het ontwerp én in de uitvoering? Daarover gingen we in gesprek met Kurt Felicia (modelleur Quadrant4) en Martin de Vet (projectleider Quadrant4). Zij volgden beide een verdiepende opleiding op het gebied van Building Information Modeling (BIM) en vertellen graag meer over wat daaruit voortkomt voor Quadrant4.
Kurt: “Ik hou me onder andere bezig met het beheren en onderhouden van de Quadrant4 bibliotheek. Daarin zijn, bijvoorbeeld op technisch, kleur- en prijsstellingsgebied, de standaarden die wij gebruiken opgenomen. Ik maak en houd alles up-to-date. In de ontwerptekeningen die wij opleveren (analoog en digitaal) herken je daardoor de signatuur van Quadrant4.”
Martin: “Als projectleider zit ik diep in verschillende projecten. Ik ben een beetje de link tussen ‘binnen’ en ‘buiten’ en sluit aan bij bouwteamvergaderingen. Ik werk ondersteunend aan onze projectmanagers. Mijn belangrijkste opgave is ervoor zorgen dat onze technische eisen geborgd worden in de uitvoering.”
Kurt: “De BIM opleiding die we beide hebben afgerond is vrij generiek. Er nemen medewerkers van aannemers- en installatiebedrijven aan deel, maar ook medewerkers vanuit opdrachtgeverskant. Die dynamiek is leuk. Want BIM is ook samen een traject aangaan. We hadden hiermee al een goede afspiegeling van de praktijk. Ik heb veel ideeën opgedaan over hoe je slim standaardiseert. Met name ook vanuit hoe grote aannemersbedrijven dit inrichten.”
Martin: “Rondom een project spreek je op voorhand af wie wat inbrengt en op welke manier. Wat je vervolgens moet vastleggen en naleven. Je gaat samen van regels maken naar regels opvolgen. En precies daar moet je intern en extern draagvlak voor creëren. We zitten nu met Quadrant4 in die implementatiefase. In 2025 komen we ook weer bij elkaar met de andere cursisten om onze ervaringen op dit gebied te delen.”
Martin: “Met BIM maak je eigenlijk een digital twin van het te realiseren gebouw. Het is één-op-één gelijk. ‘De kabelgoot loopt al netjes aan de wand’ zeg maar. Je hebt grip op het geheel. Wat leidt tot minder faalkosten, meer efficiency en meer kwaliteit. Het is na oplevering ook de basis voor goed beheer en onderhoud van het gebouw.”
Kurt: “Je bouwt het hele gebouw in de computer. Fouten rondom bijvoorbeeld de hoogte van de leiding versus de hoogte van je dak voorkom je. Kleur-, afmetingen- en materialengebruik, prijzen en codes: alles zit erin. BIM is jaren geleden al gestart maar zit nu in een (door)ontwikkelingsfase. We maken vanuit Nederlandse standaarden vaste afspraken met en binnen de hele bouwwereld.
Martin: “Je investeert hiermee meer in het voortraject, maar dat verdien je ruimschoots terug in de realisatiefase.”
Kurt: “We maken nu de standaarden voor ons hele bedrijf en daarna volgt een uitgebreide implementatiefase. Daarvoor organiseren we presentaties voor onze collega’s om ze goed mee te nemen in het hele traject. Begrijpt iedereen het? Wat zijn de lessons learned? Hoe kunnen we samen nog meer verbeteringen aanbrengen?”
Kurt: “De opdrachtgever heeft zeker profijt van het werken in BIM. Alle problemen zijn al in kaart gebracht want het gebouw ís feitelijk al een keer gebouwd. Die komen we onderweg dus niet meer tegen.”
Martin: “Het is simpel: de uitvoering/realisatie loopt met BIM gewoon veel vlekkelozer.”
Martin: “Ik verwacht zeker nog beweging op het gebied van duurzaamheid. Gebouweigenaren hechten bijvoorbeeld steeds meer waarde aan recycling van de toegepaste materialen. Deze worden opgenomen in een materialenpaspoort. Met het digitale gebouw weet je dan precies waar en hoeveel herbruikbare materialen er in het pand zijn toegepast.”
Kurt: “Ik denk dat we binnenkort wel af zijn van 2D, zeker in onze markt. Je ziet ook steeds meer tablets op de bouwplaats zelf. Er rijden zelfs al robots rond die op de vloer aangeven waar wanden moeten komen. En in BIM kun je elementen ook aan tijd en plaats koppelen. Dat maakt het mogelijk het gebouw digitaal - mét de factor tijd daarin meegenomen - te bouwen. Dan weet je of en wanneer je wel of niet een (extra) kraan nodig hebt bijvoorbeeld.”